Inleiding

Een raft is een grote, rubberen opblaasboot waar 2 tot 12 personen in zitten. Bij PBN varen we meestal met 8-10 personen per raft. Een goede stuurman is in een raft erg belangrijk. Is deze aanwezig dan kun je met beginners al een sterk stromende rivier op.

Materiaal

• Raft
• Steekpeddels
• Helm
• Zwemvest
• Kanotonnetje + EHBO
• Werplijn

Klaarzetten activiteit

Klaarzetten / meenemen / voorbereiden:

• In België: Contact met PBO over traject, aantallen en tijden
• In Nederland: Contact met strandvervoer over tijden.

 

Organisatie met een groep voorbereiden:

• Vertel altijd de complete instructie
• Zorg dat je alles van te voren goed georganiseerd hebt:
  • Waar kleden de deelnemers zich om?
  • Wat moeten ze doen met de droge kleding? (Die moeten bij het eindpunt zijn.)
  • Waar en hoe komt de bus of komen de auto’s te staan.
  • Vervoer om naar het instappunt te rijden en vanaf het uitstappunt weer terug.
• Informeer de deelnemers hier goed over, want het komt nogal eens verwarrend over. Geef ook een goed kledingadvies voor op het water.
• Het is verstandig als elk raft een instructeur meekrijgt. Dit is vooral belangrijk bij een hoge waterstand.
• Vertel de gehele basisinstructie op het land. Daarna is het verstandig om in het begin van de rivier alle commando’s te oefenen.

Instructie

In het kort:

• Benoem de materialen.
• Hoe zit men in het raft en hoe houdt men de peddel vast. Dit laat je op de kant zien.
• Wat te doen bij man overboord? Vertel dat de deelnemers altijd hun peddel vast moeten houden en weer zo snel mogelijk naar het raft moeten zwemmen, met de voeten stroomafwaarts.
• De commando’s van de stuurman met de peddeltechniek.
• Organisatie en veiligheidsaspecten.

 

Instructie zitten in het raft:

• In de raft heeft men een “actieve” zit: rechtop op de zijkant van de raft. De voeten zijn allebei in de raft en belangrijk is dat de deelnemers hun voeten niet klem zetten. Doen ze dit wel en de raft zou omslaan, dan kunnen de voeten vast blijven zitten. Ook moet het lichaam niet te ver buiten de raft hangen. Bij een botsing met een steen, kan men te snel uit evenwicht raken en in het water vallen.
• Het is handig om links en rechts in de raft deelnemers te zetten met ongeveer gelijke krachten. Als je te veel mensen hebt, kun je ze ook op één van de middenkussens laten zitten. Natuurlijk laat je hen dan wel regelmatig wisselen.

Instructie peddelen:

• Aan de rechterkant van de raft houdt men de knop van de peddel vast met de linker-hand en de steel met de rechterhand. Aan de linkerkant is dit precies andersom. De linkerhand zit echt boven op de knop met de vingers er stevig omheen. De rechterhand heeft de steel vast op ongeveer ¾ deel van de gehele lengte van de steel en vanaf de kop gemeten.
• Brengt met de rechterarm het peddelblad naar voren. Hierbij komt de linkerarm bijna tegen het lichaam. Steek dan het blad in het water en trek deze door het water naar achter. De rechterarm maakt een trekbeweging en tegelijk duwt de linkerarm naar voren. Hiermee krijgt men een krachtigere peddelslag. Om er nog iets meer kracht in te zetten, kan men met het lichaam elke keer bij de inzet een beetje naar voren leunen en bij het doorhalen een beetje mee naar achter gaan.

Instructie commando’s:

• Om ervoor te zorgen dat iedereen in de raft hetzelfde doet, zijn er verschillende commando’s (zie lijst hieronder) Deze worden door de stuurman geroepen. Deze commando’s zijn ervoor om de raft te sturen naar waar de stuurman het wil hebben. Belangrijk is dat de stuurman deze luid en duidelijk roept zodat iedereen die in het raft zit, ze hoort. Als het water het toelaat, kun je iedereen een keer stuurman laten zijn. Let er verder op dat iedereen genoeg wisselt met links en rechts peddelen. Denk er ook om dat je de mensen niet te veel laat peddelen waardoor ze halverwege al erg moe zijn. Ze moeten altijd krachten overhouden om echt hard te kunnen peddelen als het nodig is.
• Om ervoor te zorgen dat iedereen hetzelfde tempo heeft met peddelen, bepaalt één persoon het tempo. Vaak is dit de persoon die links voorin de raft zit. Iedereen in de raft volgt dan het peddeltempo van deze persoon.

Instructie man overboord:

• Een rafter die in het water valt, kijkt meteen om zich heen en pakt zijn peddel en zwemt dan naar de raft. Tegelijk probeert de raft natuurlijk ook om bij de drenkeling te komen. Pas op voor stenen of takken. Probeer niet te gaan staan. Zwem met de benen vooruit, op de rug, met de stroom mee. Probeer overzicht te houden. Blijf rustig.
• Bij de raft draait de drenkeling zich met de rug tegen de raft. Twee mensen in de raft pakken het zwemvest vast, of als dit niet gaat, boven op de schouder en onder de oksel. Zij drukken de drenkeling twee keer een beetje naar beneden en bij de derde keer mag dit iets meer. Dan wordt de drenkeling in de boot getrokken. Doordat het zwemvest eerst onder water wordt geduwd, krijgt dat opwaartse druk en wordt het makkelijker om iemand weer aan boord te krijgen. De persoon in het water hoeft niets te doen. Belangrijk is dat deze niet tegenwerkt.

Commando’s
Vooruit!	Dit het teken om in een gemiddeld tempo vooruit te peddelen.
Rechts vooruit!	Bij dit teken moeten de mensen die aan de rechterkant van de raft zitten vooruit peddelen. De mensen die links zitten moeten niet peddelen of stoppen met peddelen. Dit kan natuurlijk ook met links vooruit.
Dubbel tempo!	Dit is het teken om twee keer zo snel en krachtig te peddelen dan bij gemiddeld tempo.
Achteruit!	Bij dit teken moet iedereen in de boot achteruit peddelen. Dit kan natuurlijk ook in dubbel tempo.
Rechts achteruit!	Bij dit teken moeten de mensen die aan de rechterkant van de raft zitten achteruit peddelen. De mensen die links zitten moeten gewoon vooruit blijven peddelen. Dit kan natuurlijk ook met links achteruit.
Rust!	Bij dit teken hoeft er niet gepeddeld te worden.
In de boot!	Bij dit teken moet iedereen op zijn knieën of hurken in de raft gaan zitten. Allemaal zo laag mogelijk. Dit kan bijvoorbeeld nodig zijn bij laag hangende takken of bij hoge golven, om de boot stabieler te maken.
Allemaal naar rechts!	Bij dit teken moet iedereen zoveel mogelijk aan de rechterkant van de boot gaan zitten en zoveel mogelijk naar rechts hangen. Dit kan natuurlijk ook met allemaal naar links. Let op dat mensen elkaar niet per ongeluk raken met de peddels.

 

Veiligheid

Organisatie en veiligheidsaspecten

• Vraag van te voren of iedereen kan zwemmen.
• Draag altijd een helm en een zwemvest, voldoende warme kleding en schoenen.
• Bij twijfel over de veiligheid van het te varen traject moet je niet varen. Een te hoge waterstand en veel in en over het water liggende bomen spelen daarbij een rol.
• Aan de zijkant van de rivier hangen de bomen soms erg over en zijn er veel takken te vinden. Probeer ze altijd te ontwijken. Lukt dit niet, pak de takken dan niet vast. Laat de deelnemers een beetje naar voren te bukken, zodat ze met de helm de takken raken.
• Zorg dat je weet hoeveel personen je in de boot hebt.
• Als er meerdere rafts op het water zijn, zorg dan dat je bij elkaar in de buurt blijft varen.
• Zorg dat je het traject en de mogelijk in- en uitstapplaatsen kent.
• Respecteer de regels en stoor de vissers niet.
• Houd rekening met het weer bij het plannen van de tocht.

Instructeursrol tijdens activiteit

• Zie hierboven

Mogelijke extra’s:

• Iedereen een keer stuurman laten zijn.
• Waterspelletjes (met andere rafts), elkaar nat gooien, tikkertje, op de rand staan en rondlopen, allemaal heel ver naar achter zitten zodat de raft recht op komt en dan de raft zo recht op mogelijk zetten zonder dat hij doorvalt, surfen op de golven.
• Technische onderdelen als traverseren en keerwater varen.

Locatiespecifiek

Bij raften bij Nova Zembla (op zee) zijn de veiligheids- en organisatieaspecten van het varen op een rivier/wild water/stroming niet van toepassing. Je zult een les voorbereiden waarbij je meer techniekoefeningen en spelletjes gaat doen.